VOORBESCHOUWING SEIZOEN 1963

Het belangrijkste nieuws, op het einde van 1962, was de beslissing van het C.S.I. (Commission Sportive Internationale) om de bestaande 1,5 liter formule met 2 bijkomende seizoen te verlengen tot eind 1965. Dat betekende dat de constructeurs nu wisten dat hun investeringen nog 3 seizoenen zouden kunnen meegaan. Deze keer kwam er zelfs van de Britse teams geen protest meer!

Een andere beslissing, die gelijktijdig werd genomen, was dat een wagen die 2/3 van de raceafstand had afgelegd, ook geklasseerd zou worden in de uitslag. Zelfs al had die wagen in feite opgegeven. Deze regel werd door sommige organisatoren in het verleden al toegepast. Het meest gangbare voorbeeld was dat van de Grand Prix van Monaco.

Op technisch gebied was het belangrijkste nieuws de ontwikkeling van de nieuwe Mark II versie van de V8 Coventry-Climax motor. De Weber carburatoren werden vervangen door een injectiesysteem van Lucas. Samen met een kortere slag en een grotere boring van de zuigers (67,8 * 51,6 mm) was het vermogen toegenomen tot 196 PK bij 9.500 t/min. Dat was vergelijkbaar met wat de concurrenten van BRM en Ferrari hadden.

Wat de wagens betrof, waren er niet zo veel wijzigingen. Bij de Britse constructeurs ging het vooral om details, wat natuurlijk geen verrassing was na hun successen van het vorig seizoen. Toch kwam BRM met een nieuwe 6-versnellingsbak en later in het jaar met het nieuwe model P61. Toch zou het team bijna alle races afwerken met de beproefde P57.

In Italië was Ferrari al zijn aandacht aan het vestigen op een nieuwe wagen. De wagen leek in vele opzichten op de Lotus 25. Het was de bedoeling dat er een V8 motor zou in liggen. Deze was echter niet op tijd klaar. De nieuwe wagen debuteerde tijdens de Grand Prix van Italië met een V6 motor. De rest van het seizoen werkte Ferrari nog af met een aangepaste versie van het type 156. Deze had wel een nieuw koetswerk, een andere ophanging en voor het eerst ook aluminium velgen.

Een andere Italiaanse constructeur die, al was het maar kort, zijn opwachting maakte in de Formule 1, was het team van ATS (Automobili Turismo e Sport). Ondanks het feit dat ze een beroep konden doen op heel wat ex-personeel van Ferrari, inclusief Carlo Chiti, en als coureurs niemand minder dan ex-wereldkampioen Phil Hill en Giancarlo Baghetti, werd dit avontuur een complete flop. De wagens werden gebouwd rond een conventioneel chassis en aangedreven door een 90° V8 motor van 1.494cc. Het vermogen lag rond de 190PK bij 10.500 t/min.

Een ander nieuw team dat in de loop van het seizoen verscheen was het Amerikaanse Scirocco. Maar net als bij ATS werd dit project een flop.

De meeste veranderingen voor dit seizoen vonden plaats in de structuren van de teams. Porsche trok zich om financiële redenen terug uit de Formule 1. Ook de teams van Bouwmaker, die de Lola’s inzette, en UDT zagen we niet meer terug. Reg Parnell ging echter verder met het team van Lola. Als eerste rijder contracteerde hij Chris Amon. Ondertussen had John Surtees een contract getekend bij Ferrari. Roy Salvadori van zijn kant vond geen F1 stuur voor dit seizoen.

Ken Gregory en BRP (Britisch Racing Partnership) gingen verder met de ex UDT-Laystall Lotus BRM’s. Later maakten ze ook gebruik van hun eigen chassis. Willy Mairesse werd bij Ferrari de teamgenoot van John Surtees. De andere vier rijders van Ferrari konden hun tenten ergens anders opslaan. Phil Hill en Giancarlo Baghetti hadden, zoals eerder vermeld, al een contract bij Lola, Lorenzo Bandini keerde terug naar Centro-Sud. Signor Dei had namelijk beslist om na een jaar afwezigheid terug te keren in de Formule 1. De jonge Mexicaan Ricardo Rodriguez ten slotte, was tijdens de trainingen voor de Grand Prix van Mexico op het eind van het jaar 1962 verongelukt. Dan Gurney en Jo Bonnier, de twee ex coureurs van Porsche, gingen respectievelijk rijden voor Brabham en Rob Walker. Deze laatste maakte gebruik van het Cooper chassis van 1962.


Motor: Maximum 1.500cc Minimum: 1.301cc 

Puntenverdeling: de eerste zes kregen 9-6-4-3-2 en 1 punt. 

De beste 6 resultaten telden mee voor het Wereldkampioenschap.

Afstand: Minimum 300 km en maximum 500 km of 2 uur minimum.